Ik ben het boek '
Mungo' van de Ierse schrijver Douglas Stuart aan het lezen. Stuart was eerder bekend van het boek
Shuggie Bain. Boek gaat wat mij betreft vooral over armoede en dan niet zomaar de armoe van een Euro of twee minder te besteden, maar de echte schrijnende en alles verslindende armoede van de sloppen van Glasgow en hoe je dan toch nog steeds vriendschap en liefde kunt vinden. Ik sprak eergisteren een Ier, die opgetogen was dat ik dit boek aan het lezen was. Die noemde het boek
gloomy. Dat betekent zoiets als duister of terneergeslagen. Terwijl hoofdrolspeler Mungo zelf heel goed weet dat hij dit leven niet wil. Mungo groeit op een gezin met een vader, die onbekend is of in ieder geval totaal afwezig is en een tienermoeder, die meestal ook afwezig is. Tel daarbij op de haat tussen de orangisten en de katholieken en een iets oudere broer Hamish, die als zeventienjarige al carrière maakt als de orangistische bendeleider van de buurt. Echt fascinerend boek! Je snapt hoe armoede inwerkt op mensen op een manier die veel dieper gaat als de portemonnee alleen. Iemand zei eergisteren tegen mij: Da's een dik boek, dat ga je toch niet uitlezen. Daar zou hij zomaar eens gelijk in kunnen krijgen, want zo'n dag op de camino is weliswaar zeer overzichtelijk: opstaan, wandelen, eten, slapen en opnieuw wandelen. Je hebt bijna geen tijd meer om ff rustig een boek te lezen. Nou is dat niks nieuws. Ik heb ook geen tijd om te lezen in de rest van het jaar, maar dan is wandelen vervangen voor werken. Wat zou Freud daarvan vinden?
De streek waar we nu door heen lopen is echt niet te vergelijken met de sloppen van Glasgow, maar duidelijk ook arm. Viel me gisteren op in Eauze. Veel leegstaande (sloop)panden en op het terras waar ik gisteren zat echt iedereen met een dikke peuk in de mond. Verder nogal wat vaders die het wel belangrijk vinden om hun kind met hard schreeuwen het 'juiste' pad op te sturen en vijf minuten later niet meer op of om te kijken.
Liep vandaag op met een vrouw uit Zuid-Afrika: Runella. Een gepensioneerde politieagente. Zuid-Afrika schept natuurlijk meteen een band door de gedeelde Nederlandse taal. Haar verhaal ging ook over armoede. Zij durfde in Zuid-Afrika nergens alleen te gaan wandelen (zij noemt het stappen). En zeker niet als vrouw.
Ik heb vanmorgen maar gewoon een dorp aangeprikt in mijn boek. Dat werd dus Lelin Lagujolle. De mensen met wie ik de laatste dagen op liep zijn allemaal gestopt in de vorige stad Nogaro. Zit hier dus quasi alleen met een stel heel druk pratende Fransen. Iemand zei gisteren: 'die Fransen willen geen andere talen spreken'. Vond ik toen wat overdreven, maar klopt in dit geval eigenlijk wel. Er komt werkelijk geen enkele poging uit om ook maar een woord Engels te praten. Ik kan best een woordje Frans, maar als je met vier man volle vak Frans praat, ben ik heel snel de draad kwijt.
Route vandaag was mooi zonder spectaculair te zijn. Ik loop al een paar dagen door de Armagnac. Een niet aflatende afwisseling van grote en kleine weitjes, bossen, meertjes en her en der een mini-dorpje. Wordt vervolgd.